Voor de Erasmuslijn, de snelle lightrailverbinding tussen Rotterdam en Den Haag, wordt door BAM Infra Projecten een nieuw startstation gerealiseerd naar een ontwerp van Zwarts & Jansma Architecten. Opmerkelijk detail aan de onderliggende betonnen bakconstructie zijn de plattegronden van Den Haag die in de betonnen wand zijn verwerkt. NOE-Betonvormgeving ontwikkelde een oplossing waarmee het stratenpatroon tijdens het in het werk storten van het beton gerealiseerd werd.
Het nieuwe startstation komt tussen het bestaande busplatform bij Den Haag Centraal en het Nationaal Archief in de Anna van Buerenstraat. Hier wordt een nieuw spoor aangelegd dat via een lang viaduct vanaf het Schenkviaduct omhoog loopt. De RandstadRail bereikt zo een hoogte van meer dan 12 meter boven maaiveld en gaat over het Bernhardviaduct naar het startstation. De hoogte van 12 meter wordt bereikt via een veertig meter lange aardebaan, gevolgd door een zettingsvrije betonplaat met geïntegreerd landhoofd van 144 meter en een 320 meter lang stalen viaduct. Een sculpturaal vormgegeven overkapping verbindt het startstation met de stationshal van Den Haag Centraal en biedt de reiziger tegelijkertijd beschutting tegen weer en wind.
De zettingsvrije plaat bestaat uit een U-vormige gefundeerde betonnen bakconstructie. Aan het eind hiervan bevindt zich het landhoofd waar het stalen viaduct op aansluit. De betonnen bakconstructie wordt gerealiseerd in zes moten. Na voltooiing wordt de betonnen bak gevuld met zand waarop het spoor wordt gebouwd. Opmerkelijk detail aan de betonnen wanden van de bakconstructie is de afwerking waar de architect voor koos: een stratenpatroon dat in het beton wordt meegestort. De plattegrond is het resultaat van een studie die Zwarts & Jansma Architecten deed op basis van de huidige stadsplattegronden van Den Haag. Hier zijn stukken uitgeknipt en samengevoegd tot een bepaald patroon. Het patroon is een patchwork van fragmenten van de verschillende wijken van Den Haag. Om tot het patroon te komen, zijn de wijken soms iets abstracter gemaakt door kleine straatjes weg te laten. Voor realisatie van het stratenpatroon ontwikkelde NOE-Betonvormgeving een uitvoeringsmethodiek met ontwerp en detailleringsplan.
Voor een heldere visuele herkenbaarheid, ligt het patroon tot 60 mm diep in het beton. Om die diepte te bereiken, is een profilering met NOEplast structuurmatten een uiterst kostbare oplossing. Daarom werd een gecombineerde aanpak voorgesteld: op de bekisting werd door de aannemer een damwand-achtige profilering aangebracht van taps geschaafde en gelakte houten balken. Daartussen werd het robuust geprofileerde, 30 mm diepe stratenpatroon aangebracht. Deze zijn door NOE-Betonvormgeving vervaardigd van CNC gefreesde NOE modelbouwplaat. Het oppervlak van de modelbouwplaat werd voorzien van een NOEplast structuurmat, type Bayreuth.
De door NOE ontwikkelde modelbouwplaat biedt een aantal voordelen. Zo laat de plaat zich goed bewerken door middel van zagen, frezen, etc. waardoor architecten en uitvoerders een grote ontwerpvrijheid hebben. Bijzonder is verder, dat de plaat kan worden voorzien van een geprofileerd oppervlak. Het materiaal kan daarbij zonder verdere oppervlaktebehandeling als bekistingsmateriaal worden ingezet onder gelijke garantiebepalingen als de NOEplast structuurmatten. Dat betekent dat het materiaal gegarandeerd 80 tot 100 maal kan worden hergebruikt.
De betonnen bakconstructie wordt gerealiseerd met twee grote, 25 m lange wandbekistingen met drie repeterende patroonvlakken. Eén van de bekistingen heeft een hoogte van 7,85 m; de ander van 5 m. Voor het aanbrengen van de profilering op de bekisting werden in totaal circa 2.100 losse profielblokken en -stroken vervaardigd.
Voor een efficiënte opbouw en verwerking stelde NOE-Betonvormgeving een montageplan samen. Met CNC-gefreesde sjabloonplaten kon de aannemer steeds het totale structuuroppervlak aftekenen op de basisbekisting. Vervolgens konden zo de gelakte houten balken op exact de juiste positie worden gemonteerd. Met een genummerde overzichtstekening konden vervolgens de genummerde profielblokken daartussen worden geschroefd.
NOEplast structuurmatten kunnen in mallen worden verlijmd (prefab) of, afhankelijk van de inzet, in de bekisting worden gelijmd of met spijkers of schroeven worden vastgezet (op het werk), waarna het beton erop of ertegen wordt gestort. Na het uitharden en afnemen van de mal of bekisting blijft het reliëf van de mat als afdruk zichtbaar, waarna de mat met licht schoonmaken weer geschikt is voor een nieuwe inzet.
Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van het laatste nieuws uit de bouwtechniek.
Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *
Breng me op de hoogte van nieuwe reacties via e-mail
Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.
Heb jij alle Bouwspecials al gelezen? Bestel ze nu met korting in één pakket! In dit pakket vind je de specials: brandveiligheid, circulair bouwen en ontwerpen, isolatie, BENG-bouwen en gevels.
Onbeperkt toegang tot Premium artikelen en Bouwwereld digitaal lezen?
Dat kan al vanaf € 7,29 per maand.